Op werkdagen voor 11:00 besteld, vandaag in huis
Op werkdagen voor 11:00 besteld, vandaag in huis
Smart home installatieservice
Bereikbaar op +31 412 20 00 50

Z-wave netwerk deel 1 Wie is wie

Het Z-wave ontrafelt | Master en Slave

In een draadloos Z-wave netwerk is het belangrijk dat de communicatie van de zender bij de juiste ontvanger aankomt. De ontvanger moet dus weten welke data wél en welke data niet voor hem bedoelt zijn. Het 2e is zeker belangrijk bij draadloze netwerken omdat er geen fysieke afscheiding, door bijv. bedrading, is tussen jouw Z-wave netwerk en dat van je buurman.
Oftewel, alle data vanuit vreemde netwerken moet genegeerd worden.

Alle apparaten in 1 Z-wave netwerk moeten iets gemeenschappelijks hebben en onderling moeten ze iets specifieks hebben per apparaat.

Bij bedrade netwerken is dat simpel, alle apparaten hebben toegang tot dezelfde draad. In de draadloze wereld is er geen draad.
Nu zijn er 2 mogelijkheden om dit probleem te adresseren:
1) Ieder draadloos apparaat heeft een uniek adres (bijv MAC-adres bij WiFi devices)
2) Alleen master-apparaten hebben een uniek adres, alle andere devices zijn 'dom' en krijgen pas een uniek adres tijdens het includen (Z-wave).

Het voordeel van optie 1 is dat ieder apparaat weet wie wie is en het dus nooit fout kan gaan. Het nadeel is dat ieder apparaat een adres-lijst bij moet houden. Dit kost geheugenruimte, maar belangrijker nog het kost rekenkracht bij grotere netwerken.
Z-wave heeft daarom een andere benadering gekozen. Er is 1 master device met een uniek-hardware adres waar apparaten aan toegevoegd kunnen worden (Dit process het includen). Alle andere apparaten zijn leeg. Bij het aanmaken van een Z-wave netwerk deelt de master het unieke netwerk-adres. Dit wordt ook wel het Home_ID van het netwerk genoemd. Vervolgens kent de master ook een uniek apparaat-id (Node-ID) toe.
Hierbij heb je de volgende voor - en nadeel:
- Er is minder geheugenruimte nodig met eenvoudigere adressering
- In het geval dat er iets misgaat kunnen er 2 apparaten met gelijke adressen ontstaan.

Het Z-wave protocol heeft dus 2 unieke ID-voor netwerk identificatie:
- Het HomeID, hiertoe behoren alle apparaten die via inclusion zijn toegevoegd. (4bytes = 32bits lang)
- Het NodeID, het unieke adres van een Z-wave apparaat binnen het Z-wave netwerk.

Apparaten met verschillende HomeID's behoren niet tot hetzelfde netwerk en kunnen niet met elkaar communiceren.

Uitleg Z-wave HomeID

Als een Z-wave apparaat zijn HomeID kan toevoegen aan een ander Z-wave apparaat, dan is het een controller. Alle andere apparaten zijn 'slaves' omdat ze niet in staat zijn een HomeID aan een andere controller toe te kennen.

Er bestaan verschillende typen controllers:
- Een afstandsbediening
- Een PC voorzien van een (USB) Z-wave zender/ontvanger.
- Een compleet basisstation
- Een Wandzender met "primary controller" optie

De HomeID van een controller kan niet veranderd worden. (een factory reset genereert een nieuw random HomeID)
De controller die begint met het delen van het HomeID is de primary controller. In een groter netwerk kunnen meerdere controllers samenwerken. Er is echter altijd maar 1 primary controller. Alle andere controllers in een netwerk noemt met secundaire controllers.

Zoals eerder genoemd zijn er 2 typen Z-wave apparaten:
- Controllers
- Slaves
Waarbij het grootste verschil is dat een Master controller een Z-wave netwerk kan opbouwen en onderhouden. De controller die gebruikt wordt om apparaten te includen (waarbij het HomeID wordt afgegeven) noemt met de primaire controller. Alle andere controllers zijn secundaire controllers. Verder kun je controllers ook onderverdelen in vast of mobiel.
- Mobiele controllers werken op batterijen en kunnen dus verplaatst worden. Wandzenders en afstandsbedieningen zijn voorbeelden van mobiele controllers.
- Vaste controllers werken op 230V en staan vaak op een vaste plek. Een voorbeeld is een Z-wave basisstation.

En er is nog een verschil te zien tussen de verschillende types Z-wave apparaten. Namelijk het verschil of ze wel of niet informatie over het Z-wave netwerk op kunnen slaan. Normal slaves kunnen geen netwerk informatie opslaan maar kunnen wel antwoorden én doorsturen naar andere devices. Routing slaves (*) slaan de netwerk informatie wel op maar kunnen niet als repeater dienen. Alle 230V gevoede Z-wave apparaten zullen meewerken aan het doorsturen van berichten. Routing-slaves (meestal batterij-modules) slaan een aantal vaste routes op in het geheugen.

Tot zover deel 1.